Stedenbouwkundige bepalingen moeten naar bestemmingsplan
De Reparatiewet Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2014 (Reparatiewet BZK) is per 29 november 2014 in werking getreden. Deze wet neemt onder meer de wettelijke grondslag weg voor de stedenbouwkundige bepalingen in de bouwverordening.
De stedenbouwkundige bepalingen in de bouwverordening zullen via een overgangsregeling geleidelijk gaan “uitsterven”. De bouwverordening zal daardoor op den duur verdwijnen. Er is een overgangstermijn tot 1 juli 2018. Na die datum verliezen de stedenbouwkundige bepalingen in de bouwverordening hun werking voor bestaande bestemmingsplannen. Die bepalingen, zoals de parkeerbepaling, moeten dan in de bestemmingsplannen zijn ondergebracht. De gemeenten kan dit doen met bijvoorbeeld een paraplu bestemmingsplan. Voor nieuwe bestemmingsplannen geldt dat de gemeenteraad, ook voor 1 juli 2018, de stedenbouwkundige bepalingen daarin moet opnemen.